de dichter en het naaktmodel
( denkend aan Ilja Leonard Pfeijffer )
bij mooi weer is het Conscienceplein te Antwerpen een leuke plek om wat te vertoeven. Hendrik C. troont er in volle pracht en glorie en – laat ons wel en eerlijk wezen – dat is terecht want Hendrik leerde zijn volk, wijdus, lezen. vanaf zijn troon heeft hij een mooi overzicht over zijn eigen plein. trouwens wie de Vlaamse Leeuw nog niet las kan er beter aan beginnen vooraleer het stokoude beest er de brui of de pijp aan geeft.
maar er is daar op dat leuke plein nog meer, nog veel meer; bv. de Erfgoedbibliotheek, het Professenhuis en natuurlijk het impressionante “museum” Carolus Borromeus, de Jezuïetenkerk in Barokstijl ( begin 17deeeuw ) waar Vlaamse toeristen in het buitenland zouden op afspurten maar waar ze in eigen land veel te weinig belangstelling voor betonen.
bovendien bevinden zich aan 1 flank van het plein gezellige terrasjes. op 1 ervan zat de dichter aan een tafeltje met daarop zijn opengeslagen schriftje, een stylo en een glas uitstekende rosé wijn. af en toe zit hij hier graag, gegrepen door de sfeer van de geschiedenis, de cultuur, de echtheid en de beweeglijkheid van het autovrije verkeer; binnen- en buitenlandse wandelaars, fietsers, een straatmuzikant, een moeder met buggy vol krijsende baby, een man met een treurige hond, een kerkganger, wat joelende schoolkinderen …
dit werkt vaak zeer inspirerend voor de dichter; uitwaaierende gedachten die als ver weg losgelaten speelduiven naar huis terugkeren beladen met poëtische buit, de drones van het denken en dromen lossen hun ladingen.
de dichter schreef net een paar kakelverse regels toen er vanachter zijn rug iets opklonk als “ is deze stoel nog vrij ? “. neem maar antwoordde hij kort en korzelig want nu was hij alweer dat magische woord kwijtgeraakt dat uitgaf op een van de beste regels die hij ooit zou hebben geschreven…
pardon mijnheer, maar ik bedoel, mag ik hier bij u aan het tafeltje aanschuiven want het is nog het allerlaatste vrije plekje op dit toch wel schitterende plein ?
jaja, OK hoorde hij zichzelf zeggen maar binnensmonds rommelde het heel anders. pas toen de stem ook een lichaam liet zien toonde hij eenteken van belangstelling, een belangstelling die met de seconde meer enmeer explodeerde … welk een hemelse verschijning !
een godin van vlees en bloed had zijn tafeltje uitgekozen
om hier naast hem wat te verpozen …
voilà, hij was al meteen aan het rijmen !
bent u schrijver mijnheer ? u heeft immers zo’n keurig schriftje en een bolpen mee op tafel ! by the way ik ben Ana uit Wachtebeke.
schrijver is een te groot woord voor wat ik doe … ik ben een dichter en die soort bevindt zich toch maar in de 2de afdeling – de stiefmoederlijke ! –van de literatuur. ANA vind ik trouwens een mooie naam maar het is geen anagram wel een palindroom.
het gesprek dobberde nog een heel tijdje gezellig door, er werd een 2deglas rosé besteld, de dichter had op vraag van Ana een eigen gedicht “gedeclameerd”. hij verkoos “ liefde is een eeuwige honger “, volgens hemzelf tot dusver zijn beste gedicht. ze had zijn “tot dusver beste gedicht” zeer mooi gevonden, intens, teder, expressief … net die omschrijving had hem de moed verschaft om de stoute schoenen aan te trekken en de vraag te stellen waarvan hij nooit gedacht had ze te bedenken, laat staan ze te stellen:
“ wil jij voor mij naakt poseren zodat ik voor jou en over jou een gedicht kan schrijven, je naaktheid kleden met mijn meest gevoelige woorden, je omwikkelen met zinnen bedwelmende zinnen, mijn poëtische verzen zullen als vurige bazuinen je innerlijke schoonheid uitdragen naar de 4 windhoeken van het heelal … wil je ?
en ze had simpelweg JA geantwoord, geen bedenktijd, geen aarzeling, geen vragen.
wat later zaten ze in het kleine salonnetje van zijn eenvoudigeappartement :
zo zaten ze enkele uren tot de dichter met lood in de benen en fel beschaamd om zijn plotse en totaal onverwachte writer’s block, langzaam opstond en met neergeslagen ogen en hangend hoofd zijn blanco Steinbach blad overhandigde.
dank u, sprak ze met flink wat ontroering in de stem, je had me niet beter kunnen kaderen, weergeven, begrijpen. ik ben inderdaad een onbeschreven blad !
zijn dromen bedrog ?
Jokke van Rafelgem is een eenvoudig man van 73 jaar. in zijn vorig leven was hij chauffeur van een schoolbus, de bus van de lokale kleuterschool “de krekeltjes“.
en ofschoon er niet veel afwisseling zat in zijn ritjes ( van/naar school, BIB, zwembad, het speelgoedmuseum .. of heel soms Planckendael ) was hij zeer trots op zijn loopbaan als schoolbuschauffeur “ mijnheer, ik was altijd stipt op tijd, mijn bus viel nooit in panne want ik liet die maniakaal onderhouden, van de vloer kon je bij wijze van spreken eten … en mijnheer, nooit ofte jamais 1 ongeluk gehad terwijl het verkeer in al die jaren toch wel erg was veranderd; fors toegenomen en veel gevaarlijker geworden ! “.
Jokke leeft erg bescheiden. van het karige pensioentje dat de vraatzuchtige Belgische staat hem heeft toegekend kan hij nipt rondkomen. toch is hij gelukkig door de 2 hobbies die hij passioneel beoefent. van zodra de bomen beginnen te botten tot de bladeren zich ter aarde begeven zit hij bij goed weder – zeker droog en liefst met wat of veel zon – op zijn “plekje “. een petieterig stekje op de talud van de E19, zowat op halve hoogte. hij heeft het er niet breed op die, ruw geschat 1m2, maar het is wel voldoende voor zijn stoel, een afdankertje van zijn buurman. en niemand die hem daar in het groen van de talud beplanting kan zien zitten, noch van beneden uit noch van boven af.
van zodra hij op zijn stoel heeft plaats genomen haalt hij het slaapmaskertje uit zijn zak “ FLY KLM “ staat er op. hij kocht het ooit voor 2 BEF op de rommelmarkt van Heist o/d Berg en zeg nu zelf, de dag van vandaag koop je voor 5 eurocent niet eens meer een plastiek draagtasje bij de gierige bakker. toen hij het zich aanschafte wist Jokke dat hij er niet meteen iets nuttigs kon mee doen maar hij vermoedde heel erg dat ooit … ooit zou hij het nodig hebben !
FLY KLM … nee, Jokke vloog nooit met KLM of met enige andere luchtvaartmaatschappij … Jokke vloog slecht 1X in zijn leven; buiten bij dat kreng van een pokkenwijf waar hij 3 weken voordien was bij ingetrokken.
zodra hij het slaapmaskertje over hoofd en ogen heeft getrokken duurt het maar enkele minuten tot de droommachine in zijn hoofd zich in gang trekt.
* ) die voorbijrazende auto’s, vrachtwagens en witte camionetten ? dat is gewoon het ruisen van de zee. een eeuwigheid geleden won hij een week zomervakantie aan de Belgische kust ; Oostende … het majestueuze Thermae Palace hotel, gebouwd pal op het strand. hij kreeg er een ruime kamer op de 1ste verdieping met zeezicht en groot terras met daarop 2 luie Kettler strandstoelen. heel die zomerse week sliep hij buiten op 1 van de strandstoelen met dank aan het donzen hoofdkussen en de mollige badmantel van TP. elke nacht lag hij te luisteren naar het geruis van de zee, de omzetting van een perpetuum mobile in een heerlijk geluid. hij raakte dat geruis trouwens nooit meer kwijt. regelmatig hoort hij in het ene of het andere oor opnieuw die zee … alsof er zo’n grote zeeschelp tegen je oor wordt gedrukt “ luister … hoor je het ? … hoor je de zee ? “.
* ) de flarden muziek die ontsnappen uit passerende cabrio’s ? het geluid van spelende, joelende kinderen op het strand en het gekwetter, getetter van hun luie, strandstoelliggende ouders. in Oostende kwam het geluid van beneden en nu van boven … so what ?
* ) de sirene van een zeer haastige ambulance ? de bedwelmende zang van de zeemeermin die een te overmoedige zwemmer naar de diepte van de zee poogt te verleiden.
* ) de wind die soms aan de takken van de struiken en zelfs aan zijn stoel rukt ? de zee baart wilde golven die razend het strand opstormen, zand zeewaarts wegsleuren, de duinen belagen !
* ) een voorwerp dat van / uit een voertuig dondert ? Jokke ziet aanspoelend wrak- of drijfhout, hoort het gerinkel van schelpen die door de zee worden uitgespuwd !
al die blinde uren op zijn stoel schrijft Jokke van Rafelgem zijn hoofd vol poëzie, vol gedichten die hij straks in zijn huisje aan het papier zal toevertrouwen.
thuis dat is een klein rijhuis in de Eenvoudstraat, een doodlopende straat in de Watertorenwijk. het is daar zoooooooooo rustig, je zal er de zee nooit horen !
de voorgevel van zijn huis heeft Jokke eigenhandig in vele tinten blauw en groen geschilderd zoals hij zich de Middellandse zee voorstelt op basis van de postkaarten die hij van familie en vrienden kreeg toegestuurd.
eenmaal binnen valt het al op vanaf de hal … gelukkig staat er in het huis hier en daar een kast want anders hingen alle muren van het huis overvol aquarellen van Jokke van Rafelgem. aquarellen ? dat zijn geen aquarellen mijnheer maar marines ! een aquarel in verband met de zee heet een marine ! wanneer hij soms door zijn gedichten wandelt wordt hij al eens getroffen door een woord, een beeldspraak … en dan is Jokke niet meer te houden … een nieuwe marine wordt geboren !
Jokke van Rafelgem denkt er ook aan om dit jaar zijn gedichten uit te geven … maar welke uitgever wil scheep gaan ( scheep gaan ? gedichten over de zee ? dat moet toch “matchen” ! ) met een oude, onbekende dichter ? het zal dus wellicht iets “ in eigen beheer “ worden. een titel heeft hij al :
DE E19 ZEE
3 PINOTS
( voor de liefhebbers van de opaalkust en/of goede wijnen )
3 mannen waren “ter kapren” aan het varen. de 1ste van het trio had een witte neus, de 2de liep achter een grijze neus aan en de 3de was tevreden met een zwarte neus.
vooreerst kaapten ze Cap Blanc Nez.
kijk sprak de man met de witte neus, kijk toch hoe mooi ; die schitterend witte krijtrotsen, die stranden …. geweldig ! ik trakteer riep hij tevreden uit waarna hij een fles Pinot Blanc opentrok. vrienden, de Pinot Blanc is een soepele wijn met een aangenaam fruitig parfum en een zachte smaak, bij voorkeur jong te drinken. dus wat zal ons tegenhouden ? gezondheid !
na een paar flessen Pinot Blanc zetten ze hun veroveringstocht verder. al moet gezegd dat de nieuwe koers al wat krommingen vertoonde.
toch kaapten ze geestdriftig en luidruchtig hun tweede buit: Cap Griz Nez !
kijk sprak de man met de grijze neus, kijk hoe indrukwekkend die grijze flanken, die brede, lange stranden …. geweldig ! ik trakteer riep hij tevreden uit waarna hij een fles Pinot Gris opentrok. vrienden, in de Elzas krijgt de Pinot Gris de bijnaam "de sultan". het is een krachtige wijn met een goudgele kleur, een expressieve fruitneus en een volle smaak. de wijn is mondvullend, bijna vettig, en na enkele jaren rijpen ontwikkelen er zich aroma's van noten en honing. van een goed wijnjaar kan hij probleemloos een tiental jaar ouderen. maar zolang gaan we toch niet wachten ! gezondheid !
na een paar flessen Pinot Gris was de feestvreugde haast onmetelijk. kom op riep de man met de zwarte neus, nu gaan we koers zetten naar Cap Noir Nez met die fascinerende , gitzwarte rotsmassieven en stranden zo zwart als die op Santorini ! en daar zal ik eens trakteren !
enkele inwoners van Cap Griz Nez hebben het schip nog zien vertrekken. een zwierig zwalpend schip trok het zeegat in en heeft het wellicht ook uitgetrokken want van de boot en het trio werd niets meer vernomen.
op het strand van Ambleteuse vond ik een fles Pinot Noir met daarin dit verhaal.
Pinot Noir is één van de oudste druivenrassen. hij bestaat al meer dan 2000 jaar en levert zeer aromatische wijnen met geuren van framboos, aardbei, kers, frisse rode bosbessen, viooltjes, lichte rozen, humus, leer, truffel, wild, koffie en lichte tabak.
gezondheid !
ps: de beschrijving van de wijnsoorten haalde ik uit “Wijnkennis.be”
http://www.wijnkennis.be/index.php?option=com_content&task=category§ionid=6&id=22&Itemid=37